Informatie » Behandelingen » Neuromodulatie
Neuromodulatie
Neuromodulatie (ook neurostimulatie genoemd) kan worden toegepast bij ongewild verlies van urine en/of ontlasting. De functie van de betreffende zenuwen wordt beïnvloed door middel van kleine stroomstootjes die door elektroden worden doorgegeven aan deze zenuwen.
Bij vormen van incontinentie die worden veroorzaakt doordat de communicatie tussen het zenuwstelsel en de blaas niet goed verloopt kan neuromodulatie deze verstoorde communicatie beïnvloeden, waardoor de blaas en/of de darmen rustiger worden en weer beter gaan functioneren.
PTNS
Bij neuromodulatie op of door de huid wordt een zenuw in het been (nervus tibialis) geprikkeld. Op of in de enkel worden elektroden geplaatst die elektrische stootjes aan deze zenuw geven.
De nervus tibialis overlapt in het ruggenmerg met de zenuw die de blaas aanstuurt.
Door de nervus tibialis te prikkelen, wordt dus ook de zenuw van de blaas geprikkeld.
De invloed van deze zenuw op de blaas neemt hierdoor toe waardoor de blaas rustiger wordt en beter gaat werken.
SNM
Een geïmplanteerde neuromodulator geeft stroomstootjes aan de zenuwen die de blaas of darmen direct beïnvloeden. Deze behandeling wordt sacrale neuromodulatie (SNM) of interstim-therapie genoemd. De behandeling verloopt gefaseerd. Eerst wordt een onderhuidse elektrode aangebracht die op de plaats waar deze door de huid naar buiten komt wordt vastgeplakt. De modulator die daarop wordt aangesloten wordt gedurende een proefperiode aan een riem meegedragen.De duur van de proef varieert van enkele dagen bij urine incontinentie tot enkele weken bij fecale incontinentie.
Na een geslaagde proefperiode wordt de modulator in het lichaam geïmplanteerd. Na circa 4,5 jaar is de batterij leeg en moet de neuromodulator vervangen worden.